De seut in mij | deel 1

De seut in mij heeft het hier af en toe best lastig.
In België kon ik nog complexloos uit mijn dak gaan over spinnen of ander ongedierte. Ik krijste en eiste dat de Echtgenoot of een van de Kinders het beest in kwestie zou vermorzelen of op zijn minst verwijderen. Maar hier is dat onbegonnen werk.
Er zitten beestjes.
Overal.
En ze zijn met veel.

Laat ik beginnen met de meest spectaculaire.

Slangen.
Meer lezen

Allemaal de schuld van de kinders

Eigenlijk is het hele gedoe rond emigreren al dik twee jaar geleden begonnen.
En het was allemaal de schuld van Zoon 1.

Voilà.
Ik kan er dus niets aan doen.

Meerderjarig

Het zit namelijk zo: Zoon 1 werd 18 in 2015 en zat in zijn laatste jaar middelbaar. Zoals dat gaat, zou hij dus drie maanden zomervakantie hebben. Ruim genoeg voor een grote reis. Dat hij naar Ecuador wou, had hij gezegd. Dat leek ons logisch, gezien zijn roots en onze prachtreis van dik twee jaar eerder.
Maar toen kwam het: dat hij geen reisgezelschap had. En: dat dat niet erg was, want hij kon het wel alleen.

Meer lezen

El Cerro de la Muerte

Een vijftal hevige schokken en een ferme ruk aan het stuur. Op een hellende berm halverwege de Cerro de la Muerte (Heuvel des Doods, pun not intended!) kwamen we tot stilstand.
Onze huurwagen had de geest gegeven.
Godver.

We hadden het kunnen weten.

Een dag eerder waren de problemen met de airco begonnen. Die blies bij momenten warme lucht in plaats van koelte. Godverdegodver – excuus, maar een mens zou van minder, bij temperaturen van pakweg 28 tot 38 graden. Meer lezen

En toen hadden we opeens een meisje gered

Na talloze ‘aaaahs’ voor de dolfijnen en gegniffel bij de zoveelste parende schildpadden gingen we aan land bij een piepklein eiland. Enfin, we gingen te water. Met snorkel, duikbril en zwemvliezen. (Dat was in mijn geval bijzonder elegant – not! – dus daar zijn geen foto’s van. Stel er u iets bij voor van dood gewicht dat in het water kiepert en tegen alle verwachtingen in sputterend weer boven komt.) Meer lezen

Tragische romantiek in het dierenrijk

Walvissen hadden we al eerder gezien. Vijf jaar geleden in Ecuador, om precies te zijn. Ze blijven uiteraard indrukwekkend, maar deze keer waren het vooral de dolfijnen waarnaar we uitkeken. Die bleken helaas moeilijker te vinden.

We voeren steeds verder de zee op.

Voorbij het koraalrif dat de golven naar de vredige baai brak. Voorbij het kalme water waar de bultruggen zich gewillig door toeristen lieten bewonderen. We zagen niets. Noppes. Nada. Of toch: drijvende reuzenschildpadden. Meer lezen

Vijf mogelijke reisroutes waar geen kat wat aan heeft

Ik hou van improvisatie. Ook bij het reizen. Ik heb er nooit echt bij stilgestaan waarom. Misschien omdat ik het van huis uit heb meegekregen, wat mij een hoop mooie herinneringen heeft bezorgd. Of omdat het avontuurlijker is: een vast plan laat weinig ruimte voor toevallige ontmoetingen, ingevingen van het moment of andere zottigheden. Of gewoon omdat ik au fond een luie donder ben. Kan ook. (Meestal werkt het trouwens prima. Tijdens mijn eerste reis alleen heb ik aan mijn gebrek aan planning de Liefde Van Mijn Leven overgehouden 🙂 ) Meer lezen

Negen ziplines en een rappel

Het is dat je van niets wist toen je boekte.

Negen ziplines en één rappel – gewoon een afdaling, hadden ze gezegd. Niets om je zorgen over te maken, mevrouwtje. Dat deed je ook niet. Na die negen ziplines zou zo’n afdaling er nog wel bij kunnen. En inderdaad: toen je eindelijk zo ver was geraakt, kon die hele rappel je geen bal meer schelen.

Twee uur lang was je continu over je grenzen gegaan. Met een belachelijk lelijke helm op (een gele!) en riemen die in je billen sneden was je aan een ijzeren koord door het regenwoud gescheurd. Zonder gillen. Zonder vallen. En zonder zeuren. Je had alleen een beetje je hand verbrand bij het remmen, omdat die stomme handschoen versleten was. Je was best trots op jezelf. Dan kon je zo’n rappelletje toch ook nog aan? Meer lezen

10 kleine ergernissen tijdens het pakken voor een verre reis

  • Dat de veters van je schoenen danig rafelen en je ze nog nauwelijks door de gaatjes krijgt. En dat die truuk met plakband niet zo goed werkt als je zou willen/als tinternet verkondigt.
  • Dat de kinders na het afronden van de echt-aller-allerlaatste was toch nog een vuil T-shirt, twee groezelige shorts en vijf paar stinkende sokken vinden. Die absoluut meemoeten, uiteraard.
  • Dat de Echtgenoot zijn enkel verstuikt en naar de dokter van wacht moet. Zonder veel erg, maar toch. (En dat hij maar beter genezen kan zijn tegen dat je landt en je met de huurauto het Latijns-Amerikaanse verkeer moet trotseren. Anders is die verstuikte poot het minste van je zorgen!)
  • Dat je vergeten was dat er eigenlijk ook nog gekookt moet worden. En dat niemand zin heeft in ‘alweer soep met boterhammen’.
  • Dat het een feestdag is, dus alle winkels zijn gesloten. Je hebt uiteraard alles op voorhand in huis gehaald – strakke planner die je bent – maar die knagende ‘wat als’ is behoorlijk enerverend.
  • Dat er last minute nog vier gaten gestopt en zeven knopen aangenaaid moeten.
  • Dat het online bankieren plots beweert dat je twee kaarten niet geldig zijn. Wat uiteraard onzin is en na een half uur van volslagen hysterie vanzelf opgelost raakt.
  • Dat je geen flauw benul hebt in welke hoek of rommellade je de internationale adaptor na de laaste reis hebt gegooid.
  • Dat je minstens vier keer de reispassen en andere documenten moet checken om je ervan te vergewissen dat ze er echt allemaal zijn.
  • Dat je de enige bent in het gezin die zich druk maakt in dit alles.

Maar het komt goed. Heus.

En anders leest u het wel.

 

Integratie is een kwestie van toeteren

Het is een code. Een duistere, ingewikkelde en ondoordringbare code. Dat is de onvermijdelijke conclusie die wij na twee dagen Ecuador konden trekken.

Een existentiële drang

Een van de meest opvallende geluiden is het constante getoeter op straat: een muzikaal spel van lange en korte biepen, van hard en zacht geclaxonneer. In tegenstelling tot bij ons heeft toeteren in Ecuador meer functies dan waarschuwen of dreigen. Soms is het een groet – misschien heeft de chauffeur een mooie vrouw gezien of wil hij de aandacht trekken van zijn vriend aan de overkant van de straat. Soms is het een uitnodiging – in dat geval heeft de chauffeur zonder twijfel een mooie vrouw gezien of wil hij rondslenterende toeristen zijn taxi in lokken. Maar meestal is het een kwestie van existentiële drang tot zelfbevestiging. De chauffeur moet namelijk dringend laten weten dat hij bestaat. Afgaande op het aantal variaties in toeterfrequentie, -ritme en -intensiteit, zijn er daarnaast nog een honderdtal andere redenen om lawaaierig te zijn. Die kan een buitenlander onmogelijk bevatten, dus laten we vooral geen moeite doen.

Maar eigenlijk toeteren de Ecuadoranen gewoon omdat ze dat leuk vinden.

En kijk, dat kunnen wij ook.

Wij hebben namelijk een auto om rond te toeren. En het eerste wat we doen, is de toeter uitproberen. We zijn er nog een beetje onhandig in – we snappen de code niet, weet u wel – maar dat komt ongetwijfeld. In afwachting daarvan zitten de kinderen alvast op de achterbank te juichen bij elke biep, toet of ander irritant geluid dat onze wagen voortbrengt.

When in Rome…, nietwaar?

Van gebrek aan integratie kan men ons alvast niet beschuldigen.

Nee, wij trekken momenteel niet rond in Ecuador. Dat deden we 5 jaar geleden, om precies te zijn. Het verslag daarvan stond nog ergens op een verre, lang vergeten blog. In het vooruitzicht van onze volgende verre reis, leek het mij wel leuk deze reisverslagen hier te plaatsen.