4 huiveringwekkende dinges

Elke dag iets doen waar je bang voor bent. Ik vind dat een mooi, en ongetwijfeld ook bijzonder nuttig voornemen. Het draagt bij tot een gelukkiger bestaan, een opener kijk op de wereld en blablabla en blablabla. Enfin. Ook in Colombia probeer ik me zo goed mogelijk aan dit adagium te houden. Dat lukt de ene dag al wat beter dan de andere. Gisteren zelfs een beetje té goed.

Gisteren was namelijk de allergevaarlijkste dag van onze reis tot nu toe. Maar liefst 4 (VIER!) huiveringwekkende dinges hebben we doorstaan. We hebben ze gelukkig allemaal overleefd, en ik som ze met plezier even voor u op, in stijgende lijn van levensbedreigendheid:

1. We begonnen de dag met een stevig ontbijt.

Zoals de laatste dagen wel vaker gebeurt, hoorde daar een lokale specialiteit bij. Hormigas culonas. De vertaling zoekt u maar even op, maar de foto’s brengen u alvast een stuk in de goede richting. Ze zijn in de provincie Santander op elke straathoek te koop en zouden een sterk medicinale werking hebben en ook nog goed zijn als afrodisiacum. Geen idee of het klopt. Ik kan u alleen vertellen dat ze knapperig zijn, maar niet bepaald overheerlijk. De Zoons en ik overwogen zelfs even dat het hier om een groots opgezette samenzwering ging van de lokale bevolking, om de toeristen ervan te overtuigen die vieze dinges op te eten. Staan zij ondertussen achter het hoekje in hun vuistje te lachen. Om de proef op de som te stellen hebben we er zelfs het meisje in de herberg eentje aangeboden – ervan overtuigd dat ze beleefd zou weigeren – maar! ze at het ding smakelijk op. (Ik ben echter nog steeds niet overtuigd. Volgens mij krijgen ze een bonus als ze het spel meespelen.)

2015-07-29 19.53.26   2015-07-29 19.56.51

 

2. We reden door Bucaramanga.

Dat klinkt niet echt spectaculair, maar gezien de grootte van de stad (1 miljoen inwoners, waarvan volgens mij het merendeel zwaar onder de armoedegrens leeft), de omvang van haar sloppenwijken en de rijstijl van de Colombianen was het toch eventjes spannend. Omdat ik nogal de aandacht trek, moest ik van de kinders een hip soort doek over mijn haar doen. (Neen, daar bestaan geen foto’s van!) Ik ben er niet zeker van of dat het veiligheidsgevoel ten goede kwam, maar we hadden daarna inderdaad minder last van zwervers en gamines die op de ruit kwamen boenken.

2015-07-29 14.21.42-1

 

3. We hebben heel eventjes spook gereden.

Echt heel eventjes maar. Er was zelfs geen tijd voor foto’s.

4. We werden aangevallen door een gallina de monte

Een soort bergkip. De Dochter en ik hebben ons in de auto verschanst, terwijl de Zoons en de Echtgenoot heldhaftige pogingen deden het beest te verjagen. (Dat hoort zo in een Latijns-Amerikaans land: hier moeten de mannen zich opofferen. In het geval van aanvallende bergkippen kan ik dat alleen maar toejuichen.) Enkel de Echtgenoot raakte lichtgewond, maar is ondertussen aan de beterhand. We houden u op de hoogte!

2015-07-29 13.51.47

 

 

Fight for your right

image

Stel:

je slaapt in een van de mooiste stadjes van Colombia, zo weggelopen uit een film over koloniaal Zuid-Amerika, of over Zorro. Het is prachtig. Je balkon geeft uit op het monumentale plein, en je waant je heel eventjes weg van de wereld. Voorts probeer je je niets aan te trekken van de plaatselijke ongemakken of andere dinges waar een beetje reiziger verveeld zijn schouders voor ophaalt, zoals daar zijn: te harde bedden in akoestisch transparante kamers, elektrische douches met lichte schimmelvorming en een wc waar je het papier onder geen beding in mag gooien (daarvoor dient de vuilnisbak, onwetende gringo!). Je bent moe, om niet te zeggen uitgeput, dus je slaapt. Eender waar, desnoods onder de Colombiaanse sterrenhemel.

Get the picture? Goed.

Om klokslag 3 uur ’s nachts klinkt er keiharde muziek. Cumbia. Zonder overdrijven: ongeveer op het volume van het doorsnee Latino dansfeest. Loeihard. Je schrikt wakker, denkt even dat je je van uur hebt vergist. Het is vast al een stuk in de morgen, en misschien hoort de muziek wel bij een of ander folkloristisch ritueel om de dag in te zetten. Je draait je om. Na de cumbia schakelen de feestvierders (je hebt ondertussen ook wat geschreeuw en gelach gehoord) over op ‘Fight for your right to party’ van de Beastie Boys, en daarna weer op cumbia. Je gaat kijken en ziet dat er 2 auto’s op het verder lege plein staan, met daarbij 4 drinkende mensen. Je kruipt zuchtend weer in je bed en hoopt dat de drank spoedig op zal zijn.

Maar! Dat is buiten de Echtgenoot gerekend.

Hij springt uit bed en stormt het balkon op, in niets meer dan een onderbroek en sokken. Dat ze moeten ophouden, gvd. Of dat nu een uur is om zo’n lawaai te maken. En nog een paar van die dingen en misschien zelfs iets over hun moeder. Je houdt je hart vast, verwacht een soort opgefokte Latijnse ruzie met een bestorming van het balkon en minstens 3 gewonden en 1 gijzelaar. Je zit per slot van rekening in Colombia.

Maar niets van dat. Ogenblikkelijk wordt de muziek stiller gezet. Of het zo goed is, meneer? En sorry, meneer, voor de overlast.

Conclusie:

Colombianen zijn schatjes. En de Echtgenoot is een held.

Bijna

Iets minder dan drie dagen. Dan vertrekken we.
Ik heb nog een oneindige lijst af te werken en ze bestaat vooral uit dingen die ik niet graag doe. Opruimen. Kuisen. Wassen en strijken. Plannen. Hoewel ik deze week voor dat laatste graag een uitzondering maak. Want zonder plan begin je niet aan een land als Colombia. Ik heb gegoogeld en gelezen, plekken uitgekozen, activiteiten aangekruist en vooral hele streken geschrapt op de landkaart. Er staat staan bergen op het programma, koloniale stadjes, strand en sportieve dinges. En koffie. Heel veel koffie.
En ik heb Gabo ingepakt. Dat ook natuurlijk.

 

koffie   gabriel-garc-a-m-rquez