We hebben een stofzuiger gekocht voor de Zonen.
Die hadden ze vandoen. Sinds begin deze maand hebben ze namelijk samen een appartement te onderhouden in Gent. En dat lukt niet zo goed met stoffer en blik. Vandaar dus de aankoop – zodat ze alles perfect proper kunnen houden.
Een en ander heeft te maken met het vooruitzicht dat ik er binnenkort niet meer ben om aan de alarmbel te trekken wanneer het de spuigaten uit loopt. (Geen paniek. Dat klinkt dramatischer dan het is. Hier leest u waar het écht over gaat.) Want de jongens gaan niet mee naar Costa Rica. Zij blijven hier om hun studies af te maken – met de plechtige belofte van ons daarna te volgen, natuurlijk. Daar heb ik ze maar een heel klein beetje toe gedwongen.
En dus zullen ze helemaal voor zichzelf moeten zorgen. Koken, wassen, kuisen.
De hele reutemeteut.
Misschien werd het tijd.
Het is alsof ze opeens in een stroomversnelling van volwassen worden terecht zijn gekomen. Nou ja. Dat klinkt serieuzer dan het is hoor. Ze kunnen mij bij momenten echt nog overtuigend puberaal het bloed van onder de nagels halen. En dat is goed (dat volwassen worden, niet dat van het bloed!), want tot nu toe was het niet om over naar huis te schrijven.
Dat is voor het grootste deel onze schuld, natuurlijk. Een mens kookt al eens graag gezond – een portie of vier op overschot, om in te vriezen – om te voorkomen dat zijn kinders de hele week op junkfood moeten overleven. Of kuist al een keer zelf de kamers, want ze moeten per slot van rekening zoveel studeren. De schaapkes.
Maar hé! Het komt allemaal goed.
Tegenwoordig vragen ze vaker hoe ze de dingen moeten doen. Of ze komen erbij staan als ik was of kook of strijk en ze vragen uitleg. Alsof ze mij nog snel, snel alle huishoudelijke geheimen willen ontfutselen voor ik vertrek. Binnenkort zijn ze in staat een eigen ménage te runnen. Hm.
Hoop ander spul
Terwijl we bezig waren, hebben we meteen ook maar een hoop ander spul gekocht.
Een kussen voor op die rode leren zetel met het gigantische gat erin, wasmanden, twee waterkaraffen, een droogrek en badkamertapijtjes. Vier stuks: twee voor bij de douche en twee voor het toilet. Zo zijn er altijd propere op voorraad.
En daarnaast nog een stuk of wat planten. En dát had wat voeten in de aarde. De Echtgenoot wilde plastieken. Want die zouden groen blijven, ook al kregen ze maanden geen water. Of verdronken ze erin. Want een van die opties was bound to happen. De Zonen protesteerden. Dat ze heus wel wisten hoe ze een onnozele kamerplant in leven moesten houden. Jep. Qua overmoed lijken ze dus echt op mij. Hopelijk voor de planten hebben ze hun groene vingers van hun vader.
Maar die stofzuiger dus.
Net geen 200 euro kostte dat ding. En nog eens 50 euro extra voor een garantie van 3 jaar. Als hij in die tijd kapot gaat, krijgen ze een nieuwe. Hoera!
Ik heb met de glimlach betaald.
Want ik zou niet willen dat ze in hun eigen stof en vuiligheid vergaan terwijl ik aan de andere kant van de wereld zit.
Wil je op de hoogte blijven van onze verhuis- en andere plannen? Schrijf je dan nu in voor de nieuwsbrief!